Martin Lakerveld leerde het bakkersvak nog van zijn opa en zijn vader. En hij had de kneepjes van het ambacht graag overgedragen aan zijn tweejarige zoon Micha. Maar zaterdag sluit hij de deur van zijn zaken. Omdat hij teveel gas bespaard met zijn duurzame ovens komt hij niet in aanmerking voor compensatie.
Verslagen reacties op sluiting bakkerij uit Vianen
‘Wat een drama! Dieptriest. Verschrikkelijk verdrietig. De tompouce met het roze glazuur… ooohhh, wat gaan we dat missen! Nee, daar gaan de lekkerste bolletjes. Bedankt voor al die lekkere en mooie taarten die we altijd met verjaardagen bij jullie besteld hebben!’ Als Martin Lakerveld op sociale media bekendmaakt dat zijn bakkerij gaat stoppen, oogst hij een stroom aan reacties. De krentenbollen, de kaasstengels, de spoorpunt, een typisch Utrechts gebakje, en vooral ‘het praatje met de supervriendelijke meiden’. Verslagen sommen klanten op wat ze allemaal zullen kwijtraken.
Duurzame gasovens doen bakkerij Aelbers das om
Bakkerij Aelbers telt in IJsselstein, Vianen en Montfoort vier vestigingen. De zaak bestaat al sinds 1902. Martin Lakerveld (31) begon er in 2015. Om de energiekosten te drukken schafte hij vorig jaar twee duurzame gasovens aan. Uitgerekend deze nieuwe ovens die maar half zoveel gas nodig hebben, doen hem nu de das om. Om in aanmerking te komen voor overheidssteun, moet hij namelijk minstens 12,5 procent van zijn omzet aan energiekosten kwijt zijn. En dat haalt hij niet.
Crowdfundingsactie voor bakkerij Aelbers heeft geen zin
Het vaste energiecontract van de bakkerij is onlangs verlopen. Sindsdien zijn de variabele energielasten ruim verdrievoudigd. ‘We zaten op zes, zevenduizend euro in de maand en we gaan naar bijna vijfentwintigduizend,’ zegt Lakerveld tegen RTV Utrecht. ‘Dat kunnen wij niet meer terugverdienen.’ Een aantal klanten stelde voor een crownfundingsactie op te zetten maar de bakker zei laat maar. ‘Ik voel me met m’n bedrijf eigenlijk een drenkeling waar de overheid vanaf de zijkant naar staat te kijken. Ze hebben een reddingsboei in de hand maar wachten twee uur tot ze ‘m uitgooien, of misschien gooien ze ‘m een paar meter bij me vandaan zodat ik er net niet bij kan. Zo voelt het voor mij. Ik voel me machteloos.’