De Amerikaanse apotheekdienstverlener Omnicare, onderdeel van zorggigant CVS Health, heeft maandag in Texas faillissementsbescherming aangevraagd. De stap volgt op een juridische nederlaag waarbij het bedrijf een boete en schadevergoeding van bijna 949 miljoen dollar moet betalen wegens het onterecht declareren van medicijnen bij overheidsverzekeringen.
Klokkenluiderszaak uit 2015
De kwestie begon in 2015, toen een voormalig apotheker van Omnicare uit New Mexico, Uri Bassan, een klokkenluiderszaak startte. Volgens hem declareerde het bedrijf jarenlang medicijnen bij Medicare, Medicaid en Tricare – verzekeringsprogramma’s voor ouderen, mensen met een beperking en militairen – zonder geldige voorschriften. In 2019 sloot de Amerikaanse overheid zich bij de aanklacht aan.
Na een juryproces besloot een federale rechter afgelopen zomer dat Omnicare schuldig was aan fraude en bijna een miljard dollar moest betalen. Pogingen van CVS en Omnicare om dit oordeel ongedaan te maken, mislukten.
Faillissementsbescherming om tijd te kopen
Door de financiële druk van dit vonnis en bredere problemen in de langdurige zorgsector – zoals personeelstekorten, lagere vergoedingen en een verschuiving van verpleeghuiszorg naar thuis- en poliklinische zorg – besloot Omnicare naar de Chapter 11-procedure te grijpen. Dat biedt bedrijven in de VS bescherming tegen schuldeisers en de kans om te herstructureren.
Het bedrijf, dat in 2015 door CVS werd overgenomen, zegt tijdens het proces gewoon apotheekdiensten te blijven leveren aan verpleeghuizen en andere zorginstellingen. “Klanten en patiënten hoeven geen onderbrekingen in de dienstverlening te vrezen,” benadrukte Omnicare.
Breder signaal voor de zorgsector
Hoewel Omnicare niet actief is in Nederland, legt het faillissement een aantal structurele uitdagingen bloot die ook in Europa herkenbaar zijn: een krappe arbeidsmarkt, dalende marges in de langdurige zorg en de verschuiving naar zorg buiten het verpleeghuis.