Overal leest en hoort hij dat de crisis ‘nu toch echt voorbij is’ maar onze columnist Robert Jan Blom blijft argwanend. Hij pakt de cijfers erbij en komt tot een heel andere conclusie.
Heeft het nationale optimistengilde gelijk?
Er gaat haast geen dag voorbij of ik krijg van deze of gene commentator ingewreven dat de crisis voorbij is. Deze boodschap wordt zo nadrukkelijk verkondigd dat mijn argwaan er door is opgewekt. Laten we eens kijken of het nationale optimistengilde gelijk heeft met de stelling dat de crisis achter ons ligt. Hoe? Heel simpel. De crisis begon in september 2008. Dus we vergelijken de huidige stand van zaken met de situatie uit 2007.
Het aantal faillissementen is nog veel hoger dan in 2007
In 2007 telden we ongeveer vijfduizend faillissementen. Gedurende de jaren 2008 tot en met 2014 waren er jaarlijks ruim tienduizend faillissementen te betreuren. En in 2015? Daarover zijn de statistici het nog niet eens. Twee weken geleden werd bericht dat het aantal faillissementen terugliep, een week geleden las ik dat het aantal toch weer wat opliep en afgelopen week bleek dat het aantal faillissementen toch weer lager zou uitvallen. Vast staat in elk geval dat het pre-crisis niveau nog lang niet wordt gehaald. Volgens kredietverzekeraar Atradius gaan er dit jaar ten opzichte van 2007 34 procent meer bedrijven onderuit.
De werkloosheid is nog veel hoger dan in 2007
En dan de werkloosheidscijfers. In 2007 noteerde het CBS 344.000 mensen zonder betaald werk, dat zijn er nu 603.000. Bijna de helft (42 procent) van de langdurig werklozen is ouder dan vijftig jaar. Zij moeten honderden keren solliciteren en hebben slechts een kans van enkele procenten dat ze worden aangenomen. Ga er maar aan staan. Afgezet tegen deze barre werkelijkheid kunnen alleen cynici volhouden dat de crisis voorbij is.
Er zijn veel meer starters dan in 2007 – maar waarom?
Maar laat ik niet flauw doen en alle argumenten van de optimisten op hun merites beoordelen. Zo wijzen ze graag op het succesverhaal van de startende ondernemer. In 2007 lag het aantal starters onder de 100.000, in 2014 schoot het door naar 145.458 en naar verwachting gaat dit jaar het record breken: in de eerste negen maanden van 2015 noteerde de Kamer van Koophandel al 134.040 beginners. Al die ambities stellen me gerust maar of er sprake is van een succesverhaal? Econome Katinka Jongkind (ING) schreef onlangs dat welgeteld één op de tienduizend starters zich ontwikkelt tot een succesvolle ‘start-up’, ofwel tot een startende ondernemer die munt weet te slaan uit het spreekwoordelijke gat in de markt. Waarom beginnen zoveel mensen desondanks met een eigen zaak? De waarheid is dat ze geen alternatief hebben: ze laten visitekaartjes met ‘directeur’ drukken omdat er geen andere directeur is die werk voor hen heeft.
Het barse gezicht van 2016
De afgelopen jaren heeft de ene na de andere deskundige verklaard dat de economie nooit meer wordt zoals in de periode van voor 2008. Zekerheden zijn verdampt, de werkloosheid zal continu een rol blijven spelen. Alleen wanneer de economie jaren achtereen blijft groeien met tweeëneenhalf procent per jaar, is er een kans dat we het niveau van 2007 evenaren. Een kans, en niet meer dan dat. Maar laten we nu eens niet te ver vooruitkijken, laten ik mijn blik richten op het komende half jaar. Ook van dat perspectief word ik helaas allesbehalve vrolijk. Ja, november en december komen we nog wel door, de Nederlander laat zich Sinterklaas en Kerstmis niet afpakken. Maar dan? Vanaf januari laat 2016 zijn barse gezicht zien. De ‘stille tijd’ valt in, een periode die doorgaans een maand of vier duurt. Zodra het voorjaar aanbreekt, komen er andere economische cijfers op tafel, de economische groei aarzelt, de werkloosheidscijfers kruipen verder omhoog, de armoede stijgt door het almaar toenemend aantal bijstandscliënten.
Geef mij de hoge olieprijzen maar weer terug
Soms verlang ik naar de jaren waarin de olieprijzen de pan uitrezen: aan de pomp betaalde ik de volle mep maar de economische groei was hoog, de werkloosheid beheersbaar en het aantal faillissementen brak laagterecords. Geef mij die periode maar weer terug in plaats van een tijd waarin ik in de krant moet lezen dat een vrouw van vijftig jaar zo gelukkig is omdat ze na tweehonderd sollicitaties een parttime baantje heeft veroverd als kassière bij de supermarkt.
Robert Jan Blom