Na jaren van schommelingen als gevolg van de coronapandemie, lijkt het betalingsgedrag van Nederlandse bedrijven zich te stabiliseren. Volgens de nieuwste Betalingsbarometer van Atradius keren betalingsgewoonten langzaam terug naar het niveau van voor de pandemie. Toch meldt ruim een derde van de bedrijven nog altijd problemen met achterstallige betalingen, wat de liquiditeitspositie flink onder druk zet.
Langere betalingstermijnen en stabiele wanbetalingscijfers
Gemiddeld hanteren bedrijven nu een betalingstermijn van 45 dagen, waarmee zij proberen concurrentievoordeel te behouden in een onzekere economie. Het aandeel dubieuze debiteuren blijft onveranderd op vier procent van de facturen. Deze cijfers weerspiegelen volgens Atradius niet alleen het gestabiliseerde gedrag van klanten, maar ook de hardnekkige uitdagingen bij het innen van betalingen. Daarbij spelen externe factoren zoals geopolitieke spanningen en de dreiging van een handelsoorlog een groeiende rol in de risicoperceptie van ondernemingen. Vooral de verwachting van toenemende faillissementen baart bedrijven zorgen.
Hogere risico’s in de bouwsector, druk op kaspositie
In de bouwsector nemen de risico’s juist toe. Door de combinatie van vastzittend werkkapitaal in vorderingen, vertraagde betalingen aan leveranciers en stagnerende projecten, is het aantal DSO’s (Days Sales Outstanding) verdubbeld ten opzichte van vorig jaar. Twee op de vijf bouwbedrijven kampen hierdoor met oplopende betalingsachterstanden. Tegelijkertijd stijgt het gebruik van factuurfinanciering naar 59 procent. Strategisch kredietbeheer wordt door 40 procent van de bedrijven ingezet als reactie op de toenemende druk door regelgeving en concurrentie, wat eveneens op de marges drukt.
Stabiel beleid in duurzame consumptiegoederen werpt vruchten af
Daarentegen kent de sector duurzame consumptiegoederen een rustiger vaarwater. Dankzij een voorzichtig en gecontroleerd kredietbeleid is het aantal achterstallige betalingen flink gedaald, terwijl de DSO en het werkkapitaal in balans zijn gebleven. Bedrijven in deze sector zijn minder afhankelijk van bankleningen (41 procent) en maken juist vaker gebruik van leverancierskrediet (44 procent) om hun kaspositie te versterken. Ondanks deze positieve ontwikkelingen blijven zorgen bestaan over veranderende regelgeving, technologische disruptie en onvoorspelbare kostenontwikkelingen. Een gebalanceerde benadering van risico’s is daarom cruciaal voor duurzame stabiliteit.
Soepel beleid zonder cashflowverlies in de transportsector
De transportsector toont een opmerkelijk evenwicht tussen flexibiliteit en beheersing. De sector biedt klanten relatief lange betalingstermijnen en geeft vaker krediet, maar weet desondanks de DSO stabiel te houden. Ook is het aantal achterstallige betalingen licht gedaald en blijft het percentage dubieuze debiteuren constant. Deze ontwikkelingen wijzen op een effectief debiteurenbeheer. Toch vormen stijgende regelgevingskosten en toenemende concurrentie knelpunten voor de toekomst. Veel transportbedrijven combineren daarom intern krediettoezicht met externe expertise om wendbaar te blijven.
Strategische veerkracht als sleutel tot stabiliteit
“Hoewel het betalingsgedrag zich stabiliseert, blijven bedrijven waakzaam voor financiële risico’s,” aldus Edwin Kuhlman van Atradius Nederland. “De focus ligt op het behouden van veerkracht en cashflow. In alle sectoren zien we dat bedrijven hun kredietbeleid strategisch bijsturen om te anticiperen op economische onzekerheid.”