De familie Ter Haar laat het er niet bij zitten. Tien jaar na het faillissement eisen de voormalige eigenaren van reisorganisatie Oad vandaag voor het gerechtshof in hoger beroep zeventig miljoen euro van Rabobank. De bank wordt verantwoordelijk gehouden voor het bankroet waarbij 1700 mensen hun baan verloren. ‘Het was allemaal nattevingerwerk van twee onprofessionele en vrijwel onervaren medewerkers.’
Met opzeggen van het krediet tekende Rabo het doodvonnis van Oad
De familie Ter Haar is op recordjacht. Hun zaak behoort nog niet tot de langstlopende verweren die in Nederland ooit tegen een faillissement zijn ingesteld. Maar de familie heeft laten zien over een flinke portie Ausdauer te beschikken en de onderhavige kwestie is zo complex en veelomvattend dat een langere duur gegarandeerd is. De inzet is inmiddels opgelopen tot zeventig miljoen euro. Dát is het bedrag dat de familie Ter Haar eist van Rabobank, de huisbankier die in het najaar van 2013 het krediet opzegde en daarmee de facto Oads doodvonnis tekende.
‘Rabo schond zorgplicht bij faillissement Oad’
Het bankroet kostte 1700 medewerkers hun baan. Een van de grootste en bekendste reisorganisaties van Nederland, honderd jaar geleden opgericht door pionier Gerard ter Haar en uitgebouwd door zijn zoon Joop, ging ter ziele. Tien jaar na het faillissement houdt de familie nog altijd vol dat Rabo ten onrechte de kredietlijn oprolde. Zeker, de omzet liep terug en er waren problemen met een nieuw computersysteem maar de betalingen aan de bank waren altijd keurig voldaan. Rabo heeft zich schuldig gemaakt aan het schenden van de zorgplicht en onrechtmatige kredietopzegging, stelt de familie.
Rechter: Rabo mocht krediet Oad opzeggen
In het afgelopen decennium heeft de familie geen middel onbeproefd gelaten om deze stelling kracht bij te zetten. Persinterviews, door de wol geverfde woordvoerders, rechtszaken, alles werd in de strijd geworpen. De rechtbank Midden-Nederland raakte echter niet onder de indruk. Begin februari 2022 oordeelde zij dat Rabobank gegeven de omstandigheden de kredietovereenkomst mocht opzeggen en dat de bank niet aansprakelijk kan worden gesteld voor het veroorzaken van het faillissement. Vandaag begint bij het gerechtshof in Arnhem de mondelinge behandeling van het door de familie Ter Haar aangetekende hoger beroep.
‘Oad failliet door nattevingerwerk van Rabo-onwaardige medewerkers’
En de eisers zijn nog even strijdbaar, zelfbewust én verontwaardigd als tien jaar geleden. Advocaat Jan Michiel Wagenaar brengt een nieuw feitenrelaas in waaruit klip en klaar zou blijken dat het faillissement is te wijten aan ‘nattevingerwerk van twee onprofessionele, Rabobank-onwaardige medewerkers van de afdeling Bijzonder Beheer’. In Travelpro, een vaktijdschrift voor de reisbranche, beschuldigde de advocaat dit duo ervan blunder op blunder te hebben gestapeld: variërend van onbegrijpelijke rekenfouten en blind blijven voor werkbare oplossingen tot het afzien van waardebepalingen en begeleiding door managers uit het hogere echelon. De komende weken zullen uitwijzen of het hof meegaat in deze voorstelling van zaken. Rabo heeft laten weten het hoger beroep met vertrouwen tegemoet te zien.